Tagarchief: Ruth Ainsworth

VRIJESCHOOL – Kinderboekbespreking (60)

.

.

Er zijn heel veel kinderboeken.
Ze zijn en worden door allerlei recensenten besproken. Die hebben allemaal een opvatting of een boek mooi, goed, enz. is.

Er staan vaak illustraties in. Ook die worden mooi, dan wel minder mooi of zelfs lelijk gevonden. Maar hoe geldig zijn deze criteria. Smaken verschillen en als ze opvoedkundig beoordeeld worden, spelen allerlei mensbeelden, bewust of onbewust, ook hun rol.

De kinderen zelf vormen de grootste maatstaf. Als een boek telkens voorgelezen en of bekeken moet worden; als het ‘met rode oortjes’ wordt gelezen, verslonden, zelfs, dan weet je dat de schrijver of illustrator een snaar heeft weten te raken die nog lang naklinkt. Ook de kinderen hebben een smaak en het ene zal dit, het andere dat boek fijner vinden.

In de artikelenreeks ‘Kinderboekbespreking’ op deze blog zal er een aantal de revue passeren.

Een van de topfavorieten van onze kleinkinderen. Eindeloos heb ik het voorgelezen. Door de opmerkingen of vragen van de kleintjes werd het verhaaltje langer en uitgebreider. Maar dat heeft dit verhaal echt niet nodig: het is spannend genoeg van zichzelf; en ontroerend. Ieder kind voelt op zeker ogenblik de drang verder de wereld in te gaan dan het tuinhekje, de straat waarin je woont. Ook het vogeltje….maar dan verdwaalt het en ontmoet de wereld die niet altijd even vriendelijk is.

Het vogeltje keek naar binnen.

In het gat woonde een bruine uil met een kromme snavel.

‘Mag ik bij je komen zitten om uit te rusten?’ vroeg het vogeltje.

‘Kun je oehoe, oehoe, oehoe roepen?’ vroeg hij.

‘Nee, ik kan alleen maar tjilpen. Tjiep! tjiep! tjiep!’

‘Dan mag je er niet in – bij mij hoor je niet!’

En als het dan avond wordt, je bent heel moe, moe en je weet niet meer waarheen, wie komt daar dan? Een van je ouders! Die zoeken naar je als je weg bent, die laten je nooit alleen. Wat een troost. Wat een zekerheid om zo op je ouder(s) te kunnen vertrouwen.

HET VOGELTJE DAT TE VER VLOOG

Ruth Ainsworth
Ill. Sei’ichi Horiuchi

Boek: ik vond geen pagina om naar te verwijzen
Uitgegeven bij Lemniscaat.

Er is nog een ander boekje met dezelfde titel, schrijver: Drent.

(Als het nergens meer te koop is, kan ik een scan voor je maken: stuur een berichtje naar vspedagogie@gmail.com o.v.v. Het vogeltje dat te ver vloog.)

Leeftijd ca 2 jr.

Over de leeftijd

Over illustraties

Kinderboekbesprekingalle titels

Kinderboekbesprekingalle auteurs

VRIJESCHOOL – kinderboekbespreking (38)

.

Er zijn heel veel kinderboeken.
Ze zijn en worden door allerlei recensenten besproken. Die hebben allemaal een opvatting of een boek mooi, goed, enz. is.

Er staan vaak illustraties in. Ook die worden mooi, dan wel minder mooi of zelfs lelijk gevonden. Maar hoe geldig zijn deze criteria. Smaken verschillen en als ze opvoedkundig beoordeeld worden, spelen allerlei mensbeelden, bewust of onbewust, ook hun rol.

De kinderen zelf vormen de grootste maatstaf. Als een boek telkens voorgelezen en of bekeken moet worden; als het ‘met rode oortjes’ wordt gelezen, verslonden, zelfs, dan weet je dat de schrijver of illustrator een snaar heeft weten te raken die nog lang naklinkt. Ook de kinderen hebben een smaak en het ene zal dit, het andere dat boek fijner vinden.

In de artikelenreeks ‘Kinderboekbespreking’ op deze blog zal er een aantal de revue passeren.

Amalia Baracs, Weleda Puur Kind, herfst 2001, nr.8
.

In de regel zullen oma en opa rust en tijd hebben om met de kleinkinderen een prentenboek te kijken of hen voor te lezen. Voor grootouders is het dan ook handig een paar ‘klassieke’ voorleesboeken in de kast te hebben staan. Boeken met verhalen die veel kinderen aanspreken en die bovendien niet te zeer zijn toegespitst op een bepaalde leeftijd.

‘Echte’ boeken zijn voor de hele kleintjes nog niet nodig. Zij hebben het grootste plezier wanneer je zo nu en dan een liedje voor ze zingt of een rijmpje opzegt en dat vooral vaak herhaalt.
Een echt oma- en opawerkje is het zelf maken van een lappenboekje met op elke bladzijde een afbeelding uit de omgeving van dit ene kind: de appelboom uit de tuin, de viool van opa, de poes, enzovoort. Je kunt al je gevoel voor het kind in zo’n boekje leggen, zodat je er zelf ook van geniet als je het met je kleinkind bekijkt. Dat laatste is belangrijk, want je eigen beleving stroomt direct door naar het kind. Zo is het ook goed om straks, als je kleinkind wat groter is, alleen dingen voor te lezen waaraan je zelf ook plezier beleeft.

Grootouders zijn anders dan ouders. Juist door die onzichtbare draden die er wederzijds lopen, zijn kleinkinderen bij opa en oma extra gevoelig voor geuren, sferen, interesses. Mijn zoon heeft bijvoorbeeld een sterke vroege herinnering aan opa die met hem achter in de tuin bloemen van de dovenetel plukte. Dan gingen ze heel behoedzaam aan elk los bloemetje zuigen om de zoete honing te proeven. Dit soort ‘kleine’ belevenissen zijn heel bepalend voor een kinderleven.

Een klassiek groot voorleesboek is Vrouwtje Appelwang van Ruth Ainsworth met verhaaltjes over de kleuter Jasper, die van alles en nog wat verzamelt. Omdat zijn broekzakken altijd uitpuilen, naait oma voor hem een stevige katoenen zak. Als iemand Jasper vraagt wat hij met al die spullen gaat doen, antwoordt hij: ‘Weet ik niet, maar een keertje kan ik ze vast ergens voor gebruiken’.

Tussen de verhalen over het kleuterleven zijn ook meer sprookjesachtige vertellingen opgenomen. Uit alle verhalen spreekt een ondertoon van respect voor de ontwikkeling van kinderen. Er is ruimte voor ruzie met een buurmeisje, voor de boze buien van Jasper, voor zijn kindergeheimen, maar ook voor zijn relatie met volwassenen en de natuur. Gaandeweg verdwijnt Jasper uit beeld, worden de verhalen langer en groeien ze ook wat thematiek betreft met de (klein)kinderen mee. Als die een jaar of acht zijn zullen ze de verhalen die opa en oma ooit voorlazen ook zelf willen lezen. 

Ruth Ainsworth
llustraties: Shirley Hughes

Boek

Vanaf 4 jr

Over de leeftijd

Over illustraties

Kinderboekbesprekingalle titels

Kinderboekbesprekingalle auteurs

.

2058

.

É; , Een klassiek groot voorlees-

boek is Vrouwtje

i jj|p* Appelwang van Ruth

11 ‘ Ainsworth met verhaaltjes

,t! t ^ over de kleuter Jasper, die

£*U V f ‘ van alles en nog wat verza-

melt. Omdat zijn broekzakken ‘ 4 altijd uitpuilen, naait oma voor

\^$ÈÊFmw*3Ê\ hem een stev’9e katoenen zak.

f Jr%ï Als iemand Jasper vraagt wat

h JFL hij met al die spullen gaat

tl MaNK*»* doen, antwoordt hij: ‘Weet ik

niet, maar een keertje kan ik ze r vast er9ens v00r gebruiken’.

| ; ‘ Tussen be verhalen over het

‘” ‘jt kleuterleven zijn ook meer .. Jr sprookjesachtige vertellingen ‘g.JF opgenomen. Uit alle verhalen jt’ spreekt een ondertoon van respect

voor de ontwikkeling van kinderen. Er is ruimte voor ruzie met een buurmeisje, voor de boze buien van Jasper, voor zijn kindergehei-men, maar ook voor zijn relatie met volwassenen en de natuur. Gaandeweg verdwijnt Jasper uit beeld, worden de verhalen langer en groeien ze ook wat thematiek betreft met de (klein)kinderen mee. Als die een ja ar of acht zijn zullen % iMM ze de verhalen die opa en oma ooit voorlazen ook zelf willen lezen. •