.
Albanees sprookje
.
Lucifer verwondt Michaël aan zijn voet
.
De wereld was vierduizend jaar lang verduisterd geweest. Dat kwam omdat Lucifer de zon opgesloten had.
Toen besloot de goede God boven in de hemel om Lucifer met hulp van de heilige Michaël een poets te bakken, om Lucifer de zon weer te ontfutselen.
De heilige Michaël en ook Lucifer waren in die tijd herders. Beiden hadden de gewoonte de eigen kudde te hoeden op een grazige weide. De heilige Michaël kwam Lucifer tegen en hij zei tegen hem: ‘Zullen we niet eens een bad nemen in dat water daar? Voor ons lijf is het toch heel verkwikkend om rond deze tijd te baden.’
Maar Satan doorzag Michaëls list en zei tegen hem: ‘Ik weet best waar je op uit bent! Houd je maar rustig! Onder het mom van een bad wil je mij de zon afhandig maken. Als je me in naam van de hoogste God kan zweren dat je de zon niet van mij af zal pakken, zullen we gaan baden!’
De heilige Michaël antwoordde: ‘Wees zo goed even te wachten, dan ga ik God hierboven vragen of ik dat mag of niet!’
De heilige Michaël sloeg zijn vleugels uit in de richting van de hemel, kwam daar vliegensvlug aan, ging voor God staan en sprak tot hem: ‘Geeft u mij toestemming om in uw naam een eed af te leggen waarbij ik zweer dat ik de zon niet van Lucifer zal afpakken? Op een andere manier krijgen we het niet voor elkaar! Want hij is een oude vos en had de streek die ik hem wilde leveren meteen door. Als u, Majesteit, mij nu toestaat die eed af te leggen, dan hoop ik geluk te hebben en mijn taak te kunnen volbrengen.’
De goede God antwoordde: ‘Je mag het. Maar zacht, zonder dat hij het hoort, moet je eraan toevoegen: “Geloofd zij de Gezegende”.’
Toen vloog de heilige weer omlaag. Bij Lucifer gekomen zei hij tegen hem: ‘Heb je nog bedacht of we al dan niet in het water zullen gaan?’ Lucifer zei: ‘Zoals ik al heb gezegd. Zweer je me in naam van de hoogste God dat je de zon niet van me af zal pakken, dan neem ik met het grootste genoegen een bad!’
‘Zo waar ik God de Vader wil zien,’ zwoer daarop de heilige Michaël, ‘ik zal je hem niet ontfutselen. Wees maar niet achterdochtig, zet die gedachte maar uit je hoofd!’
Terwijl hij die eed aflegde in naam van de Allerhoogste, zei hij zoals God hem had opgedragen: ‘Geloofd zij de Gezegende!’
Nu liepen ze samen naar de rivier, kleedden zich uit om zich in het water te gaan baden.
Lucifer was het eerst klaar en sprong — plons! — in het water. De heilige Michaël volgde hem, trok toen een spriet uit van het moerasgras dat daar aan de oever groeide en zei tegen Satan:
‘Wie van ons zou de dikste hals hebben, jij of ik?’
En Satan antwoordde hem: ‘Ik!’
Daarop zei de Michaël: ‘Dat is niet waar! De mijne is het dikst!’
‘Dat kan niet waar zijn!’ zei de ander. ‘Heb jij dan geen ogen in je hoofd om te kunnen zien hoe dik mijn hals is!’
‘Laten we dat dan maar eens meten!’ zei de heilige Michaël.
En hij de nam de halm rietgras en legde die om Lucifers hals alsof hij die wilde meten. Maar op hetzelfde ogenblik veranderde de halm in een ketting. Nu maakte Michaël zich licht en vloog op de oever af, waar Lucifers zon in een bosje was verstopt. Hij tilde de zon en steeg ermee omhoog.
Satan spande zich in om de zware keten die hij om zijn hals droeg te verbreken. Pas na langdurige moeite lukte dat. Intussen had de heilige Michaël al een voorsprong opgebouwd. Maar nu zette Satan de achtervolging in. De heilige Michaël was al in de hemelse sferen aangekomen. Hij had zijn doel echter nog niet helemaal bereikt en de drempel van het paradijs nog niet betreden, toen Lucifer hem had ingehaald. Die klemde zich vast aan zijn hiel en rukte de heilige een stuk uit zijn voet.
Maar niettemin kwam Michaël als winnaar uit die wedstrijdvlucht te voorschijn. Hij ging voor de Heer staan en zei tegen hem: ‘Ik heb hem de zon afhandig gemaakt! Maar wat koop ik ervoor? Hij heeft me zeer zwaar aan mijn voet verwond. En ik geloof niet dat ik het nog lang maak!’
‘Maak je daar nu maar geen zorgen over,’ zei de Almachtige, ‘want ik zal je genezen.
Maar ik bepaal hierbij wel, dat ieder mens met die verminking ter wereld zal komen!’
Sindsdien hebben alle mensen, als ze tenminste geen platvoeten hebben, een holte in hun voetzool.
.
Michaël: alle verhalen
Boeken over Michaël en de herfsttijd
Michaël: alle artikelen
Jaarfeesten: alle artikelen
Vrijeschool in beeld: Michaël (bordtekeningen e.d.) jaartafel, (ook herfst)
.
2717