.
SCHEPPINGSVERHAAL
Uit het Mahabaratha, Hindoe-epos
Een eeuwigheid lang had Brahma, als een Niets, dat zich voorbereidt op Alles, gerust op de rug van de oerslang Sesha.
Toen schiep zijn denken de tien Scheppers!
Die werden de vaders van goden en demonen, de voorvaderen der mensen en met hen bouwden zij werelden uit het Al.
Kashyapa, een van de scheppers, nam de dochters van de Schepper Daksha tot vrouw: Aditi schonk hem de Aditia of Goden; Diti de Daitia en Danoe de D’anawa, twee demonengeslachten, die de goden vijandig gezind zijn.
De zoon van de zon echter was Manoe, de eerste mens.
In de loop der tijden werd het aantal schepsels vrijwel oneindig groot, aangezien er geen einde voor het leven was vastgesteld.
Brahma verzonk in diep nadenken:
hij wilde het woekerende leven tot staan brengen, maar hij kon geen middel vinden om de stroom van vruchtbaarheid in te dammen.
Zijn scheppingswil had die stroom voortgebracht en die was dus voor eeuwigdurende tijden onveranderlijk.
Toen schoten, uit toorn om zijn hulpeloosheid, laaiende vlammen uit de ogen van de onmachtige Almachtige en dreigden de wereld te vernietigen!
De god Shiwa echter gevoelde innig meelij met alle leven en hij vroeg de Verhevene om zijn toorn te matigen, opdat het vuur het heerlijke heelal niet zou verteren. Toen doofden de vlammen voor deze adem van meegevoel.
Een droppel viel van Brahma’u voorhoofd en werd tot een ernstige, zwartogige vrouw in een purperkleurig gewaad . Zij wendde zich naar het zuiden om heen te gaan, toen Brahma haar aanriep en sprak: “Jij, vrucht van mijn denken over vernietiging van het leven, zult Dood heten. Ga heen en tref de wijzen en de dwazen, de goeden en de kwaden, en alles wat leeft, opdat het niet meer opsta, want de wereld verzinkt bijna in het water door de last van het levende!”
Luid wenende wierp de lotosomkranste zich op de knieën voor de Almachtige en verborg haar gelaat in diens handen.
“Genade, Heer der Wereld!”, snikte zij. “Moet ik kinderen en grijsaards, sterken en zwakken, zondaars en boetelingen met dezelfde maat meten?
Wat zal men mij haten, wanneer vader of moeder, echtgenoot, vriend of zuigeling sterven! In alle eeuwigheid zullen de tranen van de ongelukkigen mij branden!
Genade! Gij goede Vader aller wezens!”
“Mijn woord is onveranderlijk en eeuwig!” sprak Brahma; “Dood zal het eind des levens zijn! Maar jij zult voor alle schepsels zonder schuld zijn. Jij houdt van ze en jij zult hen bevrijden! Boosheid, haat en nijd zullen verdwijnen, voordat zij in jouw armen rust vinden. De tranen, die je in mijn hand hebt gehuild, zal ik als ziekten over de aarde strooien, zodat de stervenden je als een verlossing zullen eren. Laten de zondaars door hun zonden vergaan, jij bent de verzoenende gerechtigheid, die hen zonder haat of liefde opneemt! En Yama, die heer van het Recht is, zal ook heer over jou zijn, Dood!”
Zo was Dood in de wereld gekomen, opdat die zich eeuwig mag vernieuwen.
.
5e klas – geschiedenis: alle artikelen
5e klas: alle artikelen
VRIJESCHOOL in beeld: geschiedenis alle beelden
1114
.