.
OTTO I DE GROTE 912-973
.
Otto I werd door zijn tijdgenoten beschouwd als de grote voorvechter van een christelijk Europa. Hij was vanaf 936 koning van Duitsland en vanaf 962 keizer van het Westen. De staat die hij stichtte, was twee eeuwen lang de grootste macht van het Europese vasteland. Zijn kroning tot keizer riep herinneringen op aan Karel de Grote. Het Heilige Roomse Rijk, dat door Otto werd gesticht, bleef tot 1806 bestaan.
Otto was de zoon van Hendrik, de hertog van Saksen. Dat was de noordoostelijke provincie van het Duitse Rijk, die grensde aan het gebied van de nog heidense Slaven. Hendrik werd in 919 tot koning van het Duitse Rijk gekozen. Hij legde de basis voor het succes van zijn zoon. Hij had een samenwerking tot stand gebracht tussen de andere grote Duitse hertogen van Frankenland, Lotharingen, Beieren en Zwaben. Hij kon daar alleen in slagen, door hun grote onafhankelijkheid te verzekeren. De eerste jaren van Otto’s koningschap werden gekenmerkt door vele opstanden. De jonge koning was al een geharde veldheer geworden tijdens de vele veldtochten van zijn vader tegen de Slaven. Hij had sterke zenuwen en was een geslepen politicus. Voor zijn vijanden kende hij geen genade. De hertog van Beieren werd onttroond en verbannen, de hertog van Frankenland sneuvelde tijdens een veldslag. Hij verleende zijn aanvankelijk in ongenade gevallen broer gratie en schonk hem Beieren.
Aan de grenzen in het noordoosten voerden twee trouwe graven, Gero en Hermann Billung, genadeloze oorlogen tegen de Slaven. Zelf wist Otto te bereiken dat Boleslav I van Bohemen zich moest overgeven.
In de vijftiger jaren van de 10e eeuw brak er een moeilijke tijd voor hem aan. Er was een opstand, waarbij zijn zoon uit het huwelijk met zijn overleden eerste vrouw betrokken was. Gelijktijdig werd het zuiden van het Duitse Rijk geteisterd door het nomadenvolk van de Magyaren. Op 10 augustus 955 slaagde Otto erin hen te vernietigen. Dat was tijdens een lange en bloedige veldslag op het Lechfeld in de buurt van Augsburg. Zijn troepen riepen hem uit tot keizer en Europa eerde hen: als grote beschermer. De Magyaren trokken zich terug op de hoogvlakten van Hongarije. Maar alweer doemden er problemen op, ditmaal in het zuiden. In 951 had Adelaide, de koningin van Italië, hem om hulp gevraagd tegen de ambitieuze markies Berengar. Otto stuurde de hertogen van Beieren en Zwaben om haar te helpen. Maar hij was bang dat er een nieuw machtsblok zou ontstaan en trok daarom uiteindelijk zelf tegen Berengar ten strijde. Hij trouwde met Adelaide en werd tot koning van Lombardije gekroond. Tien jaar daarna nam de macht van Berengar weer verontrustende vormen aan. Op verzoek van paus Johannes XII rukte Otto naar Rome op. Daar werd hij op 2 februari 962 tot keizer gekroond. Otto en de paus ondertekenden de Privilegium Ottonianum. Daarin werden de pauselijke privileges vastgelegd en het gaf, naar Otto geloofde, de keizer bepaalde rechten in pauselijke aangelegenheden. Maar binnen een jaar smeedde de sluwe paus tegen de keizer een complot. Otto was woedend en zette hem af. Johannes was al paus sinds zijn zeventiende jaar en hij was berucht om zijn liederlijke levensstijl. Maar de Romeinen beschouwden het pausschap als iets waarover alleen zij konden beslissen. Ze kwamen meermalen in opstand en Otto was daardoor gedwongen een streng regime te handhaven. Daarna marcheerde hij naar Zuid-Italië, dat een provincie was van het Byzantijnse keizerrijk.
Otto was wijzer dan vele van zijn voorgangers. Hij kwam al snel tot het besef, dat zijn opmars een dure onderneming zou worden. Daarom begon hij de diplomatieke weg te bewandelen. In 972 werd zijn 16-jarige zoon Otto (de latere keizer Otto de Tweede) uitgehuwelijkt aan een Byzantijnse prinses. Met Pasen van het volgende jaar was de keizer voorzitter van een schitterende vergadering in Quedlinburg. Die werd bijgewoond door Boleslav II, koning van Bohemen en gezanten uit Kiev, Denemarken, Polen, het Hongarije van de Magyaren en Constantinopel. Otto was ooit door de Byzantijnse keizers beschouwd als een landveroverende barbaar. Hij werd nu door hen erkend. De Slaven bedelden om zijn gunst. Hij vestigde in Maagdenburg de zetel van het Heilige Roomse Rijk. Hij verbreidde vandaaruit het christendom naar het oosten. In het Duitse rijk waren de bisschoppen de gewillige dienaren van de regering (velen hadden een familieband met de keizer). In ruil voor gulle schenkingen bestuurden ze de kerk, maar erkenden steeds de hoogste macht van de keizer. De keizer was tot zijn dertigste analfabeet. Hij kende vrijwel niets van de Slavische en Romaanse talen. Toch had hij een staat opgebouwd, die reikte van Rome tot aan de Baltische Zee en van de Rhône tot aan de Elbe. Hij had een paus afgezet en zijn eigen kandidaat aangesteld. Voor zijn tijdgenoten was het duidelijk, dat de toekomst van het Latijnse christendom in Duitse handen lag. Toch leidde deze keizerlijke droom tot onnodige avonturen op Italiaans grondgebied. Daardoor werd de aandacht van de Duitse leiders van belangrijker zaken afgeleid. Tijdens de regering van Hendrik IV veranderde de medewerking van de kerk in openlijke vijandschap. De spanningen binnen de zorgvuldig tot stand gebrachte burgerlijke en kerkelijke regering liepen zo hoog op, dat het systeem er bijna door werd vernietigd.
Dit is waarschijnlijk een mythisch tafereel; Otto I gooit op Jutland een speer. volgens de overlevering zou de noordelijke grens van zijn rijk komen te liggen waar de speer neerkwam.
Het rijk van Otto I. De grote kracht ervan was, de harmonie tussen de twee grote koninkrijken Italië en Duitsland.
.
6e klas geschiedenis: alle artikelen
6e klas: alle artikelen
Geschiedenis: alle artikelen
Vrijeschool in beeld: 6e klas geschiedenis
.
728-665 |
.