.
Karel de Grote 742-814
.
‘Wanneer ik de bedoeling van de paus had geweten, dan had ik nooit een voet in deze kerk gezet.‘
Volgens de overlevering deed Karel de Grote, koning der Franken, deze uitspraak na een Kerstmis in Rome in 800. Tijdens deze mis werd hij door de paus tot keizer van het Westen gekroond. Door Karels toedoen was de paus niet langer in de macht van de Byzantijnse keizers in het Oosten. Hij had de kerk van Rome onverbrekelijk met Europa verbonden.
De Franken hadden heel wat bereikt. Op het hoogtepunt van de Romeinse macht waren ze niet meer dan een barbaars volk. Ze leefden in het Rijndal, net buiten de grens van het Romeinse Rijk. Terwijl de macht van de Romeinse keizers afnam, breidden de Franken hun gebied uit. Clovis, de eerste koning van de Franken, versloeg de Romeinse legioenen bij Soissons. In 486 maakte hij een einde aan de Romeinse heerschappij over het grootste deel van Gallië. Clovis nam het christelijke geloof aan. Ook bekeerde hij zijn volk tot zijn nieuwe geloof. Hij legde de grondslag voor de dynastie van de Merovingers, die het rijk van de Franken meer dan 250 jaar zouden regeren. Aan het eind van die periode hadden de Merovingers alleen nog de koninklijke titel. De echte macht was in de verschillende gebieden van het rijk overgegaan in handen van hofmeiers. Een van hen was Karel Martel. Hij verdiende een blijvende plaats in de geschiedenis door bij Tours de Arabieren te verslaan en hun opmars in Europa tot staan te brengen. Zijn zoon en opvolger Pippijn de Korte, onttroonde de Merovingers en riep zichzelf in 751 uit tot koning van de Franken. Hij kreeg daarvoor de toestemming van de paus, omdat die zijn steun nodig had in de strijd tegen de Longobarden, een ander barbaars volk dat gebieden in Italië bezet hield. Ze bedreigden het gebied van de kerkvorst. Pippijn stierf in 768. Zijn twee zoons, Karel en Karloman, erfden het rijk. Dit omvatte het grootste deel van het huidige Duitsland, Frankrijk, Nederland, België, Zwitserland en Oostenrijk. Karel werd de enige heerser, omdat zijn broer in 771 overleed. Het werk van Pippijn werd door zijn zoon Karel voortgezet. Hij breidde zijn rijk uit met het koninkrijk Lombardije in Noord-Italië, Beieren en Saksen. Ook werd hij koning over de Avaren en Slaven.
De Franken ondernamen ook een poging om Spanje aan hun rijk toe te voegen. In 778 belegerden ze Saragossa. Ze slaagden er niet in de stad in te nemen en trokken zich terug. Op de terugweg gingen ze dwars door de Pyreneeën. Daar werden ze aangevallen door de Basken. De legeraanvoerder Roeland sneuvelde. Hij werd later onsterfelijk in het heldendicht het Roelandslied. Karel maakte zijn plannen voor de vele veldslagen en het in stand houden van zijn legers altijd alleen. Daarbij stond hij ook nog vaak aan het hoofd van zijn van zijn strijdmacht. Ook het bestuur over zijn immense rijk voerde hij vrijwel alleen uit. Karel beschikte in tegenstelling tot de Romeinse keizers niet over ambtenaren. Het rijk was niet in provincies onderverdeeld, er waren geen wegen en goede verbindingsmogelijkheden en er was geen algemene wetgeving. Het centrale bestuur was Karels hof. Dat bestond uit zijn familie en een kleine groep wereldlijke leiders. Alle gebieden behielden hun eigen wetten en werden bestuurd door een plaatselijke edelman en een bisschop. Ze kregen hun instructies van twee koninklijke boodschappers, een kerkelijke en een bestuurlijke. Ongeveer eens per jaar ontmoetten Karel en zijn hof de plaatselijke bestuurders in een algemene vergadering. Daar werden niet alleen de burgerlijke, maar ook de godsdienstige en militaire aangelegenheden besproken.
Hoewel het bekend is dat Karel ruwe manieren had en een slechte opleiding had gekregen, hongerde hij naar kennis. Hij liet geleerden uit alle delen van zijn rijk aan zijn hof in Aken wonen. Om het onderwijs in zijn rijk te stimuleren en de godsdienstbeoefening te verbeteren, stichtte hij scholen, in het bijzonder in de kloosters en kerken. Die inspanningen leidden tot de zogenaamde Karolingische Renaissance, die niet alleen belangstelling voor scholing omvatte, maar ook nieuwe kunstvormen en een nieuwe architectuur.
Het rijk van Karel de Grote had een enorme omvang bereikt. Het bevatte ook een deel van het vroegere West-Romeinse Rijk. Daardoor werd het de rivaal van het Byzantijnse Rijk, dat in plaats van het Oost-Romeinse Rijk was gekomen.
Byzantium bezat nog een aantal gebieden in Italië, hoewel het grootste deel in handen van de barbaren was. Ook beweerden de Byzantijnen zeggenschap te hebben over de paus en de Kerkelijke Staat, Maar de pausen gaven de voorkeur aan de Franken. Dat kwam omdat ze voor een deel werden beschouwd als betere beschermers en voor een deel omdat de Westerse Kerk een andere mening had over een aantal leerstellingen die door de orthodoxe bisschoppen waren aanvaard. In 799 vluchtte paus Leo III naar het hof van Karel de Grote om aan zijn vijanden te ontsnappen. Karel liet hem veilig naar Rome terugbrengen. Het jaar daarna kwam Karel zelf naar Rome. Daar werd hij met veel pracht en praal ontvangen. Tijdens de kerstmis werd hij door de paus tot keizer gekroond. Na een lange strijd werd hij in 812 door de Byzantijnen als keizer erkend. Ze gaven daarmee ook hun rechten op Rome en de paus op. Karels rijk bleef na zijn dood nog maar één generatie bestaan. Daarna versplinterde het in kleinere delen. Toch had het een diepgaande invloed op het Middeleeuwse en tegenwoordige Europa. Want Karel de Grote gaf de Europeanen een gemeenschappelijke erfenis, die was gebaseerd op Romeinse, christelijke en barbaarse grondvesten. Hij was de eerste, die binnen de regering de wereldlijke en kerkelijke autoriteiten samenbracht. Hij zorgde voor een politieke traditie waardoor later Duitsland en Frankrijk zijn ontstaan.
.
6e klas geschiedenis: alle artikelen
6e klas: alle artikelen
Geschiedenis: alle artikelen
Vrijeschool in beeld: 6e klas geschiedenis
.
726-663
.
.
.