Tagarchief: duif

VRIJESCHOOL – Jaarfeesten – St.- Jan (17)

.

HET VOGELSCHIETEN

In de noordelijke streken van Duitsland is in kleinere plaatsen het vogelschieten nog een grote gebeurtenis die de gemoederen van jong en oud in beroering brengt en bij iedereen hoge verwachtingen wekt. Als kind heb ik van het vogelschieten van de volwassenen slechts weinig kunnen meemaken. Wel genoten wij van de optocht: voorop het muziekkorps, daarachter het waardige, gekroonde nieuwe
sc
hutterskoningspaar met bloemguirlandes en onderscheidingen beladen, gevolgd door de stoet van schutters. De afsluiting van het geheel werd gevormd door een zwerm luidruchtig enthousiaste kinderen. Zo verdween dit gezelschap na de ereronde door het stadje in het “Schuttershof” of de herberg “De groene krans”.

De kinderen waren reeds weken van tevoren vol grote verwachting en voorvreugde, totdat wij eindelijk in onze zondagse kleren, met kransen in het haar, naar het Schuttershof trokken om aan het kindervogelschieten mee te doen. Alles was kleurig versierd – enkele ijstentjes zorgden voor de nodige afkoeling.
Wij “schoten” met een werphout op een witte duif die op een doelschijf was geschilderd.
Jongens en meisjes wierpen apart, ieder kwam drie keer aan de beurt. Dat was me een opwinding en spanning, totdat alle punten waren geteld en de koning en de koningin werden uitgeroepen!                             

Mijn grootste wens was als schutterskoningin getooid aan de zijde van de koning de kinder­optocht door ons stadje te mogen aanvoeren, met aan de kop van de stoet de muziekkapel die voor voldoende lawaai zorgde. Maar dit geluk werd mij pas later beschoren, toen de Rendsburger Waldorfschool dit oude Sint-Jansgebruik weer invoerde en tot een deel maakte van ons zomer­feest met afsluitende fakkeloptocht en Sint-Jansvuur.

Als wij bij het Sint-Jansvuur van een laaiend enthousiasme voor een te bereiken ideaal spreken, dan is de volgende noodzakelijke stap: hoe concentreer ik mij op dit doel, opdat het kan worden gerealiseerd.
Dit vinden wij nu in het tweede Sint-Jansgebruik, het vogelschieten.
In een beeld werd dit de mensen aanschouwelijk gemaakt. Men richtte en schoot op de witte duif.
Zij was vanouds het symbool van de Heilige Geest en wij vinden haar op vele oude    bijbelse schil­derijen terug, o.a. de verkondiging van Christus’ geboorte, de doop van Jezus in de Jordaan, en enkele voorstellingen van Pinksteren (hier komen nog de vurige tongen bij).

.

Elsabe Barfod, schoolkrant vrijeschool Den Haag, datum onbekend

.

St.-Jan: alle artikelen
.

Jaarfeesten: alle artikelen

.

193-183

.

VRIJESCHOOL – Jaarfeesten – St.-Jan (1)

.

HET JAARFEEST VAN ST.-JAN

In het midden van de Zomertijd
Is ’t naamdag van Sint-Jan!
Wij vieren hem met zang en spel,
Sint-Jan, de heil’ge man.
Johannesdag in zomertijd
Doet bloeien het leven al.
Wij toeven hier vol dankbaarheid
In ’t veld, bij berg en dal!’  (op berg,   in’t dal)

Zo luidt het aloude lied. Het Sint-Jansfeest wordt buiten gevierd, zelfs in de regen, als dat niet anders kan. Men trekt naar buiten, zingt, speelt en danst; en tenslotte wordt een prachtig vuur ontstoken.

Bij het knetteren van het hout en het loeien van de vlammen geniet men luidruchtig. Zo’n vuur zie je niet elke dag! Sommigen ook staren mijmerend in het vuur, denken aan van allerlei, herinneren zich veel.

Het feest heeft twee kanten. De vrolijke, luidruchtige en opgewonden stemming. En de meer nadenkende, bespiegelende kant. Waardoor komt dat?

De zon is steeds hoger gestegen, elke dag. Warmte, geurend gras, bonte bloemen, verse bloesems, het is alles opgewekt, mooi en gezond. De ziel wordt naar buiten gezogen. Men is gauw “buiten zichzelf”. Die uitdrukking is heel juist. Maar dit natuurgebeuren geeft de mens behalve vreugde ook een moment van bezinning.

Johannes, de grote profeet, was in het geheel niet vrolijk op zijn naamdag. Hij wist, dat andere tijden moesten komen. Hij wist ook, dat zijn tijd voorbij was; dat de mensen een geweldig gebeuren zouden missen, wanneer zij niet met andere ogen in het leven zouden gaan staan.

“Verandert uw gezindheid!” riep Johannes, staande bij de Dode Zee tussen de zoutkristallen, 400 meter lager dan de normale zeespiegel. Hij doopte de bekeerlingen in het hel­dere water van de heilige Jordaanrivier. Hier speelde zich ook het intieme drama af, waarvan de Evangelies gewagen: de jonge Jezus kwam daar om zich te laten dopen. De duif van de Heilige Geest daalde op Jesus neer, beeld voor de verbinding van het Christuswezen met het lichamelijke van Jezus, beeld van de éénwording van hemel en aarde. Johannes mocht deze doop, deze éénmalige, unieke gebeurtenis, voltrekken.

Maar zelf wist hij, dat zijn tijd voorbij was: “Hij moet groeien, ik moet afnemen.” En ook de zon begint na de Sint-Jansdag op 24 juni weer af te nemen. Het uiterlijke, glanzende en schone licht moet verdwijnen en zal vervangen moeten worden door een innerlijk licht, dat de mens moet ontwikkelen door méér mens te worden. Een tweede, politiek drama voltrok zich, toen Johannes korte tijd daarna gevangen werd genomen en in zijn cel werd vermoord op instigatie van koningin Herodias.

De vrolijkheid van het Sint-Jansfeest is niet zo zorge­loos als ze er uit ziet.

Ook in onze tijd is het hard nodig, dat men, naast de technische en cultuurhistorische verworvenheden een nieuwe gezindheid ontwikkelt.

Het materialisme is in onze tijd nog zeer machtig. Maar overal zoemen en snorren de vuurvliegjes van een nieuw bewustzijn, dat een geestelijk tegenwicht moet vormen tegen de geest van atomisme en computergestuurde onmenselijkheid. Daarbij kan het Sint-Jansfeest ons helpen.

(Paul Veltman, vrijeschool Leiden, nadere gegevens onbekend)

.

St.-Jan: alle artikelen

 

Jaarfeesten: alle artikelen

.

177-167

 

 

 

 

 

 

 

 

 

.

VRIJESCHOOL – Jaarfeesten – Pinksteren (8)

.

OVER PINKSTEREN

Voor kinderen onder de 12 jaar is de christelijke uitleg voor Pasen, Hemelvaart en Pinksteren minder toegankelijk. We kunnen deze feesten beter via de weg van de natuur met hen vieren.

Met Pasen ontspringt nieuw leven uit een schijnbaar dode natuur. Hemelvaart: de natuur richt zich op, knoppen ontsluiten zich en er komen bloemen. Pinksteren: de vruchtzetting vindt plaats en het leven kan dus voort­gang vinden. (Volgend jaar komt alles weer opnieuw.)
In oude gebruiken komen verschillende beelden steeds weer boven. Zowel de heidense natuurfeesten (zoals pinksterbruid en -bruidegom, pinksterkroon en -krans, meiboom en meitak) als de christelijke symbolen (zoals witte duif, witte vogel). Deze oude gebruiken zijn goed om in het jaar mee te nemen.

Bruid en bruidegom als beeld van de aarde die zich als bruid tooit opdat het leven zich voortzet. Symbool van nieuwe groei- en bloeikracht in de natuur. Het woord “Pinksteren” is afgeleid van Pentacoste (Gr. Pentecote) dat vijftigste dag betekent – vijftig dagen na Pasen.

In sommige streken in Nederland wordt intensief “luilak” gevierd, de zaterdag voor Pinksteren. Oorspronkelijk was dat de nieuwe mysterie-ingewijde, die door priesters in een doodsslaap was gebracht, na de 3e dag daaruit was gewekt en daardoor helderziend was geworden.
Vooral aan de Zaan (o.a. Haarlem, Beverwijk) worden d.m.v. herrie van pannendeksels de “langslapers” wakker gemaakt en wordt een nacht(planten)markt gehouden. In veel gezinnen wordt dan ontbeten met “luilakbollen” Interessant is, dat de versiering voor Pinksteren (behalve enkele bloemen als pinkster- en boterbloemen en fluitekruid) altijd van papier wordt gemaakt. Echte bloemen zien we met het Sint- Jansfeest.

Witte duif, witte vogels wijzen ons de weg wanneer we in ons leven niet meer verder kunnen. Veel sprookjes vertellen hierover: Hans en Grietje, Assepoester, Jorinde en Joringel. Maar ook het ganzen­bord vertoont de spiraal: de gang door een mensenleven met hindernissen en een witte vogel (gans) die de weg wijst.

Het pinksterfeest op de kleuterschool wordt gevierd op de wijze waarop het in vele streken in Nederland nog gevierd wordt. De “oudste” kleuters worden pinksterbruid (in het wit) en bruidegom (rood), respectievelijk bruidsmeisje of boogdrager. Achter hen gaan alle kleuters in crêpepapieren jassen en met versierde kransen en hoeden als bruid en bruidegom.

We lopen dan zingend door de buurt en bij aankomst komen we allen bij elkaar opdat bruid en bruidegom nog wat trakteren. Vooral het kleden van de bruid aan het begin van het feest is een plechtig moment, waarop menigeen een brok in de keel krijgt.

Het meest gezongen Pinksterlied* is dit:

‘Ziet hier komt de fiere Pinksterblom
en ik zou hem zo graag eens wezen.
Met die mooie kransen in het haar
en met die rinkelende bellen.
Recht is recht, krom is krom,
belief je wat te geven voor de fiere Pinksterblom,
want de fiere Pinksterblom moet voort.’

*zoals dat gaat met liedjes die maar steeds en steeds van jaar tot jaar worden gezongen: er sluipen allerlei kleine (woord) varianten in:

 kleuterleidsters, nadere bron onbekend

 

Pinksteren: alle artikelen

Jaarfeesten: alle artikelen

 

155-148

 

 

 

 

 

 

 

 

 

.