.
SINTERKLAAS BESTOND ÉCHT
Al zeggen ze het honderd keer, „Sinterklaas bestaat niet”, ze hebben het allemaal fout. Goed, de man zelf is allang dood, maar hij bestónd wél en was een dermate goed mens dat hij tot op de dag van vandaag in tal van landen vereerd wordt. Ondanks de legenden en verhalen die rond zijn persoon geweven werden (omdat betrouwbare historische bronnen ontbreken) is het zeker dat onze Sinterklaas in de vierde eeuw de bisschop was van Myra, in Klein-Azië.
Een volksheilige, die vereerd werd om zijn weldadigheid. Een gul mens, gezien de verhalen die over hem de ronde deden en nog doen. Zo gaf hij drie arme, trouwlustige meisjes eens geld zodat zij konden trouwen. Althans dat zegt het levensverhaal over de heilige, geschreven door de diaken Johannes van Napels. In 1087 brachten kooplieden het gebeente van de goedheiligman naar Bari in Zuid-Italië en daar begon dan ook het vieren van het Sinterklaasfeest op de manier, zoals wij dat nu kennen. Sinterklaas werd daar beschouwd als de heilige van de onverwachte goede gaven en van de kinderen. Die lof dankte hij aan de legende dat hij drie jongens tot leven zou hebben gewekt.
Door de herbergier van een dorp zouden zij zijn vermoord en in een ton met pekel zijn geconserveerd. Een gebed van Sint-Nicolaas boven de ton was voldoende om de drie weer springlevend te maken.
Spanje
Misschien, omdat Zuid-Italië een poosje Spaans bezit is geweest, misschien om een andere reden. Maar de Nederlanders veranderden wat aan de legende en lieten de Sint uit Spanje komen. We kozen ook hier zes december als zijn feestdag en het gebruik ontstond dat een als bisschop geklede persoon kort voor of op sinterklaasvond kleine kinderen bezocht, naar hun gedrag informeerde en ze vervolgens al dan niet overlaadde met cadeaus. Stoute kinderen gingen in de zak of kregen een paar tikken met de roe. Voor de kinderen van nu hangt er nog steeds een dergelijk idee rond de magische zesde december. Temeer ook omdat veel ouders dit feest als „zoethoudertje” aangrijpen om hun kroost een paar weken per jaar in toom te houden. “Doe lief, anders ga je in de zak”, is het veel gehoorde liedje.
Piet
De verhalen rond Zwarte Piet zijn wat minder betrouwbaar dan die rond Sinterklaas zelf. Wel is uit de overlevering bekend, dat de Sint altijd vergezeld was van een helper. Maar wie die helper was, daarover doen verschillende verhalen de ronde. In sommige streken was de knecht een eng monster, dat Klaubauf, Krampus of Bartel heette. Elders weer was het een man die in een dierenhuid gehuld was. Die figuren echter hebben het hier nooit „gemaakt”. Bij ons wordt de Sint vergezeld door een zwarte knecht. Dit omdat Spanje in de achtste eeuw overstroomd werd door Moren uit Noord-Afrika. Geen negers, maar een islamitische bevolking van Arabieren en Berbers.
Feest
Het Sinterklaasfeest, op de avond van vijf december of op het échte feest van Nicolaas van Myra, is in Nederland het meest populaire feest. Een katholiek feest, dat dan ook vooral in de eerste eeuw na de Reformatie heftig bestreden werd door de protestantse kerkelijke overheid. De wereldlijke overheid zag het feest toen evenmin zitten, omdat het aanleiding gaf tot wanordelijkheden. De plattelandsbevolking had ook geen hoge pet op van het feest en tot in het begin van deze eeuw werd Sinterklaas eigenlijk alleen in de steden gevierd. Tegenwoordig echter is het een écht familiefeest en zijn er maar weinig gezinnen waar rond de vijfde december geen pepernoten door de kamer vliegen of cadeautjes uitgewisseld worden.
Ieder land zijn eigen “cadeautjesleverancier”
Sinterklaas, de vertrouwde goedheiligman, gehuld in een wijde, rode mantel, de mijter op het hoofd en zijn gerimpeld gezicht verborgen achter een dikke bos wit baardhaar, is niet overal in de wereld even gevierd als in Nederland.
Na de Reformatie, in de zestiende eeuw, schaften landen als Duitsland en Zwitserland de viering rond Sint-Nicolaas af, omdat dit feest te rooms zou zijn. In de protestantse delen van Duitsland kwam het Christkind daarvoor in de plaats. Een soort engel-boodschapper of vertegenwoordiger van het Kindje Jezus. Soms was het een jongen, soms een in wit gekleed meisje. Het Christkind bracht cadeautjes op de vooravond van Kerstmis en dat Weihnachtenfeest wordt nog steeds gevierd. In de achttiende eeuw werd het Duitse en Zwitserse Christkind in Amerika bekend en verward met Santa Claus, oftewel Sint-Nicolaas.
Kerstman
De uiteindelijke transformatie van de heilige rechtvaardige bisschop van Myra in de huidige commerciële kerstman – althans in landen als Amerika, want bij ons geldt nog steeds de enige échte Sinterklaas — begon bij dr. Clement Clarke Moore. Deze professor in de Griekse en Hebreeuwse literatuur aan een universiteit in New York las op 22 december 1822 zijn kinderen voor uit eigen verzen die hij “Bezoek van Sint- Nicolaas” genoemd had. Een bezoekster die avond genoot zo van het gedicht dat zij dit een jaar later anoniem opstuurde naar een krant die het verhaal publiceerde. En van de ene op de andere dag werd de waardige Sint-Nicolaas een sprookjesfiguur.
Tekenaars haalden hun hart op aan zijn verschijning en zo ontstond de dikbuikige Kerstman, met rode muts en jas, maar zonder enige religieuze betekenis. Toen deze Santa de Atlantische Oceaan overstak naar Engeland, vermengde hij zich daar met de Engelse Kerstman, een heidens overblijfsel uit de tijd van de kerstspelen en traditioneel afgebeeld met een baard, een hoge rug, een knuppel in de hand en een krans hulst op zijn hoofd. Hulst is van oudsher een plant die beschermt tegen heksen en het boze oog. Het is het symbool voor het brandende braambos, waarin God aan Mozes verscheen en voor de doornenkroon.
Of het nu de Kerstman is in Engeland, Sinterklaas bij ons, de Gnomen in de Noordeuropese landen of de heks La Befana in Italië, ieder land kent wel zijn eigen figuur die jaarlijks, tegen het einde van het jaar, cadeautjes geeft en zijn of haar gulle hand leegstrooit boven de huizen.
Het geven van geschenken is een gewoonte die al ten tijde van de Romeinen gebruikt werd. Tijdens de Januaria Kalendae wisselden zij cadeautjes uit en offerden aan de keizer. Eerst waren die geschenken takken uit de boomgaard van de godin Strenia. Later werden die takjes vervangen door meer kostbare, blijvende geschenken. Ieder cadeau had een eigen betekenis. Honinggebak voor de zoetheid van het leven, lampen verzinnebeeldden het licht, goud betekende rijkdom. Terwijl de Romeinen elkaar cadeautjes gaven, ging de Noorse god Odin langs de winterse hemel en bestrafte het kwaad en beloonde het goede.
Heidense gebruiken, die door de kerk „overgenomen” werden, simpelweg omdat het niet lukte ze uit te bannen. Sinterklaas en de Drie Koningen in Spanje werden de geschenkenbrengers en deden dit, in vroeger tijden, uit naam van Jezus, Gods geschenk aan de mensheid.
Goud door de schoorsteen en een heidens offerbrood
Met de verering en het feest van Sint-Nicolaas, ontstonden talloze gebruiken. Een groot deel daarvan is terug te voeren naar gebruiken die vroeger al bekend waren, zij het meestal gegoten in een andere vorm.
In ons land zetten kinderen een schoen voor de schoorsteen “in de hoop dat Hij hem vol doet met ja, wist ik het maar”.
Dit gebruik komt mogelijk voort uit een van de verhalen die over Sinterklaas bekend werden. Zo zou hij eens goud door de schoorsteen hebben gegooid naar drie dochters van een verarmde edelman als bruidsschat. Dit goud kwam terecht in een schoen of in een kous die daar toevallig bij de schoorsteen stond. Vandaar ook, dat in Engeland en Amerika de kinderen zo groot mogelijke kousen bij de schoorsteen hangen, zodat de kerstman die kan vullen tijdens zijn sledetocht in de nacht voor Kerstmis.
Ook wordt de schoorsteen vaak gezien als de verbindingsweg tussen de mensen en hogere wezens. Het eten van taai-taai en speculaas wordt wel beschouwd als de verchristelijking van het vroegere heidense offerbrood.
Het Germaanse hooioffer herleeft in het leggen van haver en hooi in de schoen. In Nederland is dat bestemd voor de schimmel van de Sint. In Spanje doen de kinderen dit voor de kamelen van de Drie Koningen, de cadeautjesleveranciers in dit land.
(stad en streek, 16-11-1993)
.
Sint-Nicolaas: alle artikelen
Jaarfeesten: alle artikelen
VRIJESCHOOL in beeld: Sint-Nicolaas
.
349-328
.