Tagarchief: schoonschrijven

VRIJESCHOOL – Schrijven (3-4)

.

Dit is een oud krantenartikel.
De inhoud lijkt mij nog actueel.
Hoe vaak zie je geen mensen of dat nu op tv is of in een winkel, die wanneer ze iets schrijven, op een verkeerde, ja niet zelden op een uiterst slechte, onbeholpen manier, hun pen of potlood vasthouden.
Om in vele gevallen maar te zwijgen van het handschrift zelf.
Ook op de vrijescholen!

In het artikeltje is sprake van ‘hanepoten’.
Wanneer kunnen er hanenpoten ontstaan? Wanneer er ‘los’ wordt geschreven en met blokletters. En omdat blokletters heel moeilijk aaneen geschreven kunnen worden – je krijgt dan al een vorm van lopend schrift – is de los geschreven blokletter vaak de voorbode van ‘hanenpoten’.

Hier nog net niet:

lettertype-5

Je roept het met dit type schrijven bijna op:

lettertype-1

Handschrift van een 10-jarige vrijeschoolleerling met wie vanaf (laatste trimester van) klas 1 voornamelijk op groter papier het lopend schrift werd geoefend – zonder lijntjes!
Het kind heeft geen lijntjes nodig om mooi horizontaal te blijven.

lettertype-7

LEESBAAR SCHRIJVEN: EEN VERLEERD KUNSTJE

lettertype-8

‘Het is hanepoot en baksteen’. Zo luidt een niet alledaagse uitdrukking voor een slordig handschrift. Een gezegde dat langzaam maar zeker voor steeds meer Nederlanders opgaat.
Het sterke vermoeden bestaat namelijk dat het aantal mensen met een slordig handschrift gedurende de laatste jaren snel is toegenomen; onder andere omdat in het onderwijs veel minder aandacht aan schrijven wordt besteed, maar ook door de opkomst van moderne ‘tekstverwerkers’ op kantoren en bedrijven. Onleesbare ‘hanepoten’ komen naar schatting nu al bij een op de vier Nederlanders voor.

Ouderen
Maar het slechte handschrift gaat niet op voor alle bevolkingsgroepen: ouderen bijvoorbeeld hebben in veel gevallen een netter en regelmatiger handschrift dan jongeren. Dit laatste concludeert Julius de Goede, leraar schoonschrijven [1] MO. Hij is de auteur van het onlangs verschenen boek ‘Verbeter uw handschrift’.

In het verleden werd namelijk veel meer aandacht besteed aan schoonschrijven, zo licht De Goede desgevraagd toe. Rond 1900 bijvoorbeeld werd op lagere scholen tien maal zoveel tijd aan schrijven besteed dan nu het geval is.

Volgens de auteur, die al enkele boeken samenstelde over het handschrift, wordt op veel pabo’s nog maar één achtste deel van de tijd aan schoonschrijven besteed in vergelijking met 20 jaar geleden.

Met andere woorden: de nieuwe lichting leraren heeft veel minder kennis van schrijven, en dat heeft ook zijn uitwerking op de leerlingen.

Veel dictaten
Een andere oorzaak voor slordig en onleesbaar schrijven is dat leerlingen door veel dictaten op school, te snel moeten schrijven en derhalve raakt het handschrift afgesleten. Van invloed is volgens De Goede voorts dat op de lagere school bij de leeslessen gebruik wordt gemaakt van andere letters (blokletters) dan bij de schrijflessen. Kinderen raken daardoor in de war, en gaan twee verschillende soorten letters door elkaar gebruiken.

De auteur stelt dat waarschijnlijk de helft van de schoolverlaters geen handschrift heeft zoals het eigenlijk zou moeten.

Typemachine
Mia Elenbaas uit Sevenum, onder andere docente Nederlands aan de Grubbenvorster mavo en leidster van een cursus kalligrafie (schoonschrijven), wijst er op dat ook door de opkomst van de typemachine het handschrift achteruit is gegaan: veel mensen hoeven geen handgeschreven boodschappen meer over te dragen.

Het is aannemelijk dat het leger van slordige schrijvers de komende jaren verder zal groeien door de opkomst van de tekstverwerker, het computerbeeldscherm met toetsenbord, de elektrische typemachine met ‘automatische foutcorrectie’.

Zij constateert op basis van haar cursussen een groeiende belangstelling onder jong en oud voor het schoonschrijven in verschillende stijlen en lettersoorten. Dit beeld wordt bevestigd door het aantal boeken over kalligrafie dat reeds is verschenen en op stapel staat. Daarmee lijkt schoonschrijven een soort van tegenbeweging te worden voor het slordige handschrift.

Eisen op school
Mia Elenbaas betreurt het dat docenten minder eisen zijn gaan stellen aan het handschrift van leerlingen. „Je kunt, als leerlingen de tijd hebben om rustig schrijven, verlangen dat ze het goed doen. Je ziet dan dat het handschrift wat beter wordt. Ik ben nogal streng. Hoofdletters bijvoorbeeld midden in een zin, vind ik ronduit fout. En je moet ook durven zeggen tegen een leerling: ik kan het nog wel lezen, maar schrijf het toch maar opnieuw”.

Ze ervaart in haar dagelijkse praktijk dat meisjes netter schrijven dan jongens en dat jongens gedurende de puberteit slordiger gaan schrijven.

Heeft een goed handschrift nog wel zin?
Volgens De Goede neemt het belang van een het handschrift de laatste jaren toe, bijvoorbeeld door de stijgende werkloosheid: slecht of onleesbaar schrijven speelt bij sollicitaties meestal een doorslaggevende (negatieve) rol. „Duidelijk en goed geschreven teksten daarentegen lezen prettig en voorkomen vergissingen”, aldus De Goede.

Anderzijds lijkt de eis in personeelsadvertenties voor handgeschreven sollicitatiebrieven de laatste tijd minder frequent voor te komen. Mevrouw Elenbaas vindt leesbaar schrijven een kwestie van fatsoen: aan de telefoon sta je mensen ook vriendelijk te woord.

Oefeningen
Julius de Goede geeft in zijn boek een aantal oefeningen waarmee volwassenen en jongeren goed schrijven weer onder de knie kunnen krijgen. Hij raadt voor de ‘schrijflessen’ een vulpen aan. Dat hoeft geen dure te zijn, er zijn verschillende goede schoolvulpennen voor redelijke prijzen.

Dan de ‘oude’ schrijfhouding, die weinigen nog kennen: de onderarmen liggen beide op tafel, maar de ellebogen steken uit. Door de draai van de onderarm kan een hele regel worden schreven zonder de arm te hoeven verzetten,

Iedereen die er moeite voor wil doen en er tijd en energie in wil steken, kan volgens De Goede „het kunstje” leesbaar schrijven (weer) leren: „Liever iedere dag twee kwartier, dan de hele middag in één keer”.
Net zoals met huiswerk vroeger op school.

‘Verbeter uw handschrift’, Julius de Goede, uitgeverij Luitingh, prijs 14,90 gulden.

De Gelderlander, 14-02-1985

.

[1] Rudolf Steiner: schoonschrijven

Schrijfhouding

Schrijven: alle artikelen

1248-1166

.

.

VRIJESCHOOL – Rudolf Steiner als pedagoog (5)

.

SCHOONSCHRIJVEN

Op de lagere school – zo heette toen de basisschool – had ik een schriftje, de helft van een gewoon schrift, groen met wit etiket, waarop onder mijn naam het woord ‘schoonschrijven’ prijkte.

Op gezette tijden schreef ik een voorgedrukt woord netjes in een rijtje naar beneden een aantal keren na.

Toen ik later een vrijeschoolklas had, vond ik het heel belangrijk dat de kinderen mooi zouden schrijven.
Waarschijnlijk door de in mij opgeslagen ervaring uit de eigen kindertijd oefende ik met mijn klas het ‘schoonschrijven’ in een heus ‘schoonschrijfschrift’.

Bij het bestuderen van ‘Opvoedkunst’ [1] kwam ik hetvolgende tegen:

Wir werden, indem wir das Schreiben aus dem malenden Zeichnen herausholen, doch gar nicht nötig haben, bei dem Kinde extra zu pflegen das Häß­lichschreiben und das Schönschreiben. Wir werden uns bemühen, zwischen dem Häßlichschreiben und dem Schönschreiben keinen Un­terschied zu machen und allen Schreibunterricht so zu gestalten – und das werden wir trotz des äußeren Lehrplanes können -, daß das Kind immer schön schreibt, so schön, als es notwendig ist, daß es niemals den Unterschied macht zwischen Schönschreiben und Häßlichschreiben.

 ‘(  ) het schoonschrijven. Als we het schrijven afleiden uit het schilderend tekenen, dan is het voor ons toch helemaal niet nodig om dan ook nog te doen aan lelijkschrijven en schoonschrijven. We zullen ons best doen om geen verschil te maken tussen lelijkschrijven en schoonschrijven en het schrijfonderwijs zo vorm geven ( )  dat het kind altijd ‘schoon’ schrijft, zo mooi als nodig is en dat het nooit een onderscheid maakt tussen schoonschrijven en lelijkschrijven.’
GA 294/178
vertaald/148

Voor mij was dit gezichtspunt van Steiner net weer iets verdergaand dan mijn eigen opvatting die ik eigenlijk zonder nadenken uit mijn jeugd had meegenomen.

Deze realiteit beviel mij beter: als er geen lelijkschrijven moet zijn, dan hoeft er ook geen schoonschrijven te zijn.

Toch vond ik het nodig om het handschrift van de kinderen zo te oefenen dat het schrijven er mooi uitzag.
Daartoe deed zich zo maar een gelegenheid voor bij het instuderen van een toneelstuk. Ik gebruikte de tekst om een ‘toneelschrift’ te maken.

Eerst grote letters, wie het goed beheerste, mocht kleiner gaan schrijven.

Deze werkwijze verhoogde het mooi schrijven aanzienlijk!

 

schoonschrijven 1
schoonschrijven 2schoonschrijven 3

 

 

Toneelstuk: Hoe Thor zijn hamer terughaalde – uit de Edda

Rudolf Steiner als pedagoog

Rudolf Steiner: alle artikelen

115-112

 

 

 

 

 

 

 

 

 

.