|
Salomo en Sheba, zoals ze zijn afgeheeld door de 15e eeuwse Italiaanse schilder Piero della Francesca. Door de eeuwen heen zijn Salomo en de koningin van Sheba favoriete onderwerpen voor de kunstenaars geweest. Er bestaan maar weinig aanwijzingen over hoe ze er hebben uitgezien. In dit voorbeeld draagt Salomo de hoofdtooi, die typerend was voor de Semitische mannen in de 15e
eeuw.
Salomo 1015-977 v. Chr.
Door middel van huwelijken werden er verbonden gesloten met de buurstaten. Hij liet op strategische punten garnizoenssteden bouwen, waar hij troepen, paarden en strijdwagens legerde. Verafgelegen gebieden werden door de Israëlieten gekoloniseerd om de belangen van de regering en de handelslieden te beschermen. Israël werd verdeeld in 12 districten. De grenzen liepen dwars door de oude stamgrenzen, om samenzweringen te voorkomen. Elk district moest de koninklijke hofhouding van ongeveer 5000 mensen een maand van het jaar van voedsel voorzien.
De basis voor de economie in het rijk werd voornamelijk gevormd door de handel. De strategische ligging langs de belangrijkste handelswegen tussen Afrika, Azië en het Middellandse Zeegebied werd ten volle uitgebuit. Salomo liet alle karavanen die door zijn gebied kwamen, belasting betalen. Hij verkocht hen voorraden en kocht hun goederen, om ze elders met winst te verkopen. Hij ruilde ook Israëlische produkten, zoals koper, voor de produkten die in zijn eigen land schaars waren. Het is mogelijk, dat hij handel dreef met de koningin van Sheba. Sheba lag aan de Rode Zee, in Zuid-Arabië of in Oost-Afrika. De koningin van Sheba controleerde de scheepvaartroutes naar het oosten en dreef handel in goederen als goud, specerijen en edelstenen. Volgens de legende waren Salomo en de koningin van Sheba geliefden en kregen ze een zoon, die het koninklijk huis van Ethiopië stichtte. Salomo gebruikte de opbrengsten uit de handel om een enorm bouwprogramma te laten uitvoeren. Dit omvatte steden, forten en huizen voor een aantal van zijn vrouwen en buitenlandse kooplieden en gezanten. Maar het grootste deel van het geld werd besteed aan de bouw van een paleis, de beroemde Klaagmuur en een schitterende tempel in de hoofdstad Jeruzalem. De bouw van de tempel duurde zeven jaar. De tempel werd weelderig versierd met gebeeldhouwd cederhout, dat was bedekt met goud en edelstenen. Koning Hiram van Tyrus, een bondgenoot van Salomo, leverde het goud en het cederhout. Ook de bouwmeesters en ambachtslieden kwamen uit Tyrus. Na de voltooiing van de tempel plaatste men daar de Arke des Verbonds. Deze bevatte de tabletten, de stenen tafelen, met de Tien Geboden. Salomo wijdde de tempel zelf in. Duizenden schapen en ossen werden geofferd. Mensen uit alle delen van het rijk waren naar Jeruzalem gekomen om deel te nemen aan het feest, dat zeven dagen duurde. Uiteindelijk eisten het grote bouwprogramma en de koninklijke levensstijl van Salomo toch hun tol. De mensen gingen gebukt onder de hoge belastingen en de dwangarbeid, en werden rusteloos. De oude conflicten tussen de stammen kwamen weer naar boven. Salomo werd ervan beschuldigd zijn God te verloochenen voor de goden van zijn uitheemse vrouwen. Ook de door Salomo onderworpen staten zorgden voor moeilijkheden. Salomo hield het rijk voor de duur van de rest van zijn leven bijeen. Maar zijn zoon Rehabeam die hem opvolgde, was niet zo krachtig en kundig als zijn vader. De tien noordelijke stammen van Israël scheidden zich van het land af. Dit werd daardoor verdeeld in twee landen, Israël en Judea.
.
Jakob Streit heeft de bijbelse verhalen naverteld – een voorbeeld van wat beeldend vertellen is – in zijn ‘En het werd licht’
.
.
