Tagarchief: leugen

VRIJESCHOOL – Ahriman in het onderwijs (7-2/1)

.

Wie zich verdiept in het werk van Steiner – of het nu het geschreven werk is of in wat hij met zijn voordrachten bracht – het begrip ‘Ahriman’ komt – meestal in één adem met ‘Lucifer’ – veelvuldig voor.

Op deze blog gaat het om de pedagogische achtergronden van het vrijeschoolonderwijs. En omdat de menskundige achtergronden wortelen in het antroposofisch mensbeeld zou je kunnen verwachten dat ook in de pedagogische voordrachten over Ahriman (en Lucifer) wordt gesproken.

En dat is inderdaad zo: in bepaalde voordrachten roert Steiner het onderwerp aan.
Wat hij daarover zegt, zal op deze blog worden weergegeven.

Voor wie dit onderwerp ( bijna) nieuw is, is dit artikel een inleiding tot meer begrip.

Het verschijnsel  ‘Ahriman’ gaat terug tot in de Perzische cultuur en is dus geen ‘vinding’ van Steiner.

Wanneer de kinderen in de 5e klas geschiedenis krijgen, gaan ze ook terug naar die verre oudheid van het rijk der Perzen. Zie bijv. deze achtergronden.
Een van de belangrijkste culturele erfenissen uit deze tijd is deZend-Avesta‘, het heilig boek der oude Perzen, dat de leer van Zoroaster [Zarathustra] bevat.

Hier ontmoeten we Ahriman in de gedaante van de leugengeest:

LUISTER NIET NAAR DE LEUGENAAR!
HUIS EN HOF, LAND EN WERELD

ZAL HIJ VERDERVEN!
O, WEER U TEGEN SLECHTE GEDACHTEN.

EENS SPATTE ‘T VUUR
NAAR ALLE KANTEN,
MAAR EENS ZAL’T AL
EEN VUURVLAM ZIJN…….

GA GENE WEG
OF DEZE WEG,
WEES ROOK OF VLAM!
LAAT U VERDRUKKEN
IN DE STIKWALM
OF LAAT U LAAIEND
NAAR BOVEN STUWEN

DE KEUS IS U!

Mijn oma was eenvoudig levende vrouw. Ze had een a.h.w. intuïtief gevoel voor ‘het goede’, maar ook voor ‘het boze’, want zo noemde ze de dingen die afbreuk deden aan het menselijke. Liegen bijv. noemde ze ‘van de duivel’. En ze waarschuwde ons weleens dat ‘satan altijd op de loer ligt’. 
Als puber verwezen we die mededelingen naar het rijk van de onzin, m.n. het bestaan van een concreet wezen duivel.

Toen ik later in de 5e klas bovenstaand vers uit de Avesta met de kinderen reciteerde, moest ik weer aan oma terugdenken. ‘Liegen is van de duivel’. 
Hier was het terug, maar nu als leugengeest: Angra Manyu, ook wel Angra Mainyu en Ahriman – boze geest. Soms is er de bijnaam Peetiare: ‘bron van het boze’, ‘geest van de duisternis’.
Daartegenover staat de bron van het goede, het licht, de lichtgod Ormuzd, ook Ahura Mazdao genoemd. 
Ahriman heet in de Bijbel Satan. 
In de Faust van Goethe heet de duivel Mefistofeles, vanuit het Hebreeuws
. מֵפִיץ mephiz „de verderf brengende“ en ט֫פֶל tophel „de  leugenaar“).

In het Driekoningenspel zien we hoe de duivel bij Herodes iets in diens oor fluistert. Een macht, een kracht, iets geestelijks, ‘een geest’ inspireert [het spirituele!] Herodes tot zijn verderfelijke daad van de kindermoord.

[Even terzijde: in het Paradijsspel is er ook een duivel, die daar ‘satanas’ wordt genoemd. In zijn uitleg noemt Steiner deze duivel een luciferische geest, de duivel van het Driekoningenspel, een mefistofelische. Voor beide geesten nuanceert Steiner in bepaalde voordrachten nog een en ander].

Wanneer je je bezighoudt met deze materie en er meer greep op wil krijgen, is Steiner een grote bron en kan het, zoals bij mij, zo gaan dat zijn gezichtspunten allerlei vragen oproepen waarvan het antwoord niet klip en klaar gegeven is, wordt.

Hoe vaak kun je je niet afvragen, wanneer er in de wereld weer iets gebeurt waarbij mensen elkaar iets mensonterends aandoen: ‘Wie doet zoiets, wie bedenkt zoiets, waarom doe je het, waarom denk je zo. Wat beziel!t je. Wie of wat heeft bezit van je genomen, dat je als een ‘bezetene’ handelt?

Zo’n gedachte krijgt dan door een opmerking van Steiner [het kan ook andersom] iets concreets, bijv. wanneer hij zegt: 

Ahriman hat sich in der Verstandesseele festgesetzt, die durch unbewusste Umwandlung von Teilen des Ätherleibs entstanden ist. In diesem zweiten Glied der menschlichen Seele, der Verstandesseele, also in dem umgearbeiteten Stück des Ätherleibes, da hat sich festgesetzt Ahriman. Da ist er drinnen und führt den Menschen zu falschen Urteilen über das Materielle, führt ihn zu Irrtum und Sünde und Lüge, zu allem, was eben aus der Verstandes- oder Gemütsseele kommt. In alledem zum Beispiel, daß der Mensch sich der Illusion hingibt, mit der Materie sei das Richtige gegeben, haben wir Einflüsterungen des Ahriman, des Mephistopheles zu sehen.“ 

Ahriman heeft zich in de verstandsziel genesteld die door onbewuste veranderingen van delen van het etherlijf ontstaan is. In dit tweede deel van de menselijke ziel, de verstandsziel, dus in het omgewerkte stuk van het etherlijf, heeft Ahriman zich verankerd. Daar zit hij in en leidt de mens naar verkeerde oordelen over de materie, brengt hem tot vergissingen en zonde en leugen, tot alles wat uit de verstands- of gemoedsziel komt. Bijv. in alles waarbij de mens zich aan de illusie overgeeft dat met de materie de werkelijkheid gegeven is; daarin moeten we influisteringen van Ahriman, van Mefistofeles zien. 
GA 107/247-248    
Niet vertaald

Het ‘kwaad’ blijkt van alle tijden te zijn, dus we zouden erin kunnen berusten.

Maar dat is niet wat ‘de tijd’ laat zien. Meer dan vroeger en lang en heel lang geleden, zien we mensen die ‘het kwaad’ willen benoemen, het willen bestrijden, het aan de kaak willen stellen.

Dat is de inspiratie van een andere geest. Die wil het onder de mensen eerlijker, liefdevoller, menselijker maken. 
Edeler, hoogstaander: de geest daarvan is de michaëlische en de antroposofie is er m.n. gekomen om die geest te beschrijven. Sterker: om de boodschapper te zijn van die geest.
Aan die geest refereert Steiner in de 1e voordracht van de ‘Algemene menskunde‘ als de vrijeschool wordt gesticht.

En staande in die vrijeschool-michaëlsstroom moeten wij nu meer dan ooit voor onze kinderen – en de toekomst van de aarde – de leugengeest die ons juist van die toekomst wil beroven – leren kennen. 
Niet sussend negeren, niet fanatiek bestrijden, niet in eigen kring bespreken, maar open staand in de wereld waarin onze kinderen opgroeien, de juiste tegenmaatregelen nemen.
Een van die tegenmaatregelen is, Ahriman leren kennen, hem doorgronden, zijn positieve werking die er ook is – leren zien en daarvan gebruik maken zonder dat het ons schade berokkent.

Door de ontwikkeling om ons heen – in het bijzonder die plaatsvindt in de digitale wereld – kunnen we steeds meer zien waar ‘de leugengeest’ zich manifesteert: we hebben het niet voor niets over ‘nep-nieuws’; we kunnen schrikken van de ‘nepfoto’s en nepstemmen’, nauwelijks of niet van echt te onderscheiden’. Het manipuleren daarmee is een aanslag op de persoonlijke vrijheid.
Hier kan list en bedrog hoogtij vieren!

Steiner beschrijft Ahriman ook als een wezen dat bezit wil nemen van onze intelligentie.
‘Mechaniseren van de geest’ [o.a. in GA 296/16, vertaald] roept nu onmiddellijk de associatie op met ‘Artificial Intelligence’ – de afkorting A I kwam ik al een keer tegen als ‘Ahrimanische Intelligentie’- maar is in feite deel van een proces dat al heel lang gaande is, samen te vatten in ‘materialisme’.

Voor het onderwijs zet Steiner hier ‘kunstzinnig onderwijs‘ tegenover.

Het antwoord op meer ‘digitaal in de school’ moet dus zijn – naast het doorzien van de negatieve kanten – nóg kunstzinniger onderwijs.

.

Ahriman in het onderwijsalle artikelen

Algemene menskunde: alle voordrachten

Rudolf Steiner: alle artikelen op deze blog

Vrijeschool in beeld: alle beelden

.

3073-2887

.

.

.