.
Tegenstrijdige meningen over een onderwerp heb ik altijd boeiend gevonden. Het heeft te maken met de zaak van alle kanten bekijken – de tegenstellingen werpen een duidelijker licht op de dingen – zoals Steiner opmerkte.
Hier volgt een artikel met niet alledaagse opvattingen over Goede Vrijdag.
De Tilburgse filosoof Chareas Vergeer probeert de historische persoon Jezus te ontdekken door een scherpzinnige lezing van de oudste tekst over hem, het Marcusevangelie van rond het jaar 71. Op Goede Vrijdag werd gevochten…
Vergeer wordt geïnterviewd door Jace van de Ven*
Volgens Charles Vergeer, schrijver van onder meer de boeken ‘Jezus de Nazarener’ en ‘Het panterjong’, is er tijdens wat wij de Goede Week noemen, stevig geknokt in Jeruzalem.
Is Jezus in de ogen van de Tilburgse filosoof een revolutionair?
„Ik vind niet zoveel van Jezus. Ik ben naar hem op zoek gegaan uit ordinaire nieuwsgierigheid, omdat ik ervan overtuigd was dat het beeld van hem dat mij als katholiek jongetje was voorgehouden, niet het juiste kon zijn. Dat bleek te kloppen. Jezus was een geloofsgetrouwe jood en ijveraar voor de Heer en daarin was hij geweldadiger dan ons geleerd is. De oudste evangelist, Marcus, heeft dat al weg willen stoppen. Omdat hij de man in wiens woord hij geloofde, in Rome niet ‘aan de man kon brengen’ als bleek dat die tegen de Romeinen gevochten had.”
Je noemt Jezus ‘de Nazarener’, maar het is toch Jezus van Nazareth?
„Jezus woonde in Kafarnaüm en was ‘Nazarener’. Nazareners waren door een bijzondere eed van trouw aan hun god gebonden. Hij koos volgelingen als Simon ‘de Zeloot’. Zeloten waren radicale terroristen net als de gewapende volgelingen van Johannes de Doper, ‘de Bajonin’, waar Petrus deel van uitmaakte, Sicariërs (dolkvechters) en Galileërs, mensen die Romeinse belastingen weigerden te betalen.”
En Jezus zou zich tot koning van ]udea hebben laten zalven?
„Dat laatste gebeurde op de dag van het Laatste Avondmaal in het huis van Simon de Melaatse in Bethanië. Bij Simon Petrus dus. Het Griekse woord lepra betekent melaats, maar ook ruw. Jezus zou daar ter voorbereiding op zijn begrafenis gezalfd zijn? Nee hoor, doden werden heel anders gezalfd. De vrouw in Bethanië goot zalf op zijn hoofd, zoals in het Oude Testament, de koningen. ‘Toen nam Samuël ene oliekruik goot ze uit op zijn hoofd’ – gezalfd werden.’
Dus Jezus wilde koning zijn?
„Jezus en zijn aanhangers waren in de eerste plaats gelovige joden. Joden die ijverden voor hun god en geloofden dat diens koninkrijk nabij was. Daarmee bedoelden ze wat in hun gebed tot Abba gezegd wordt: dat Jahweh niet alleen in de hemelen maar ook op aarde gehoorzaamd zal worden. Ze verwachten dus een gezalfde koning uit het huis van David. Een koning die hen zou bevrijden van de
Romeinse overheersing. Dat die gezalfde in botsing moest komen met hun hogepriesters, die heulden met het heersende gezag, dat begrepen ze en misschien ook wel dat aan het conflict met de Romeinen niet te ontkomen was.”
Dus de zalving leidde tot Jezus’ kruisdood. De Romeinen zagen er revolutie in. Wat gebeurde er nu precies op Goede Vrijdag?
„Niemand van de evangelisten was erbij. Maar Marcus moet oude
verslagen over de gebeurtenissen gekend hebben. Zijn probleem was dat de man die hij in Rome bekend wilde maken als de Zoon van God door de Romeinen veroordeeld was als misdadiger en dat betekende voor de doorsnee Romein dat hij niet kon deugen.”
Marcus schreef speciaal voor de Romeinen, beweer je?
„Ja. Dus kon Jezus niet al te antiromeins zijn. En dus doet Marcus alsof er na het laatste avondmaal nog wat gebeden wordt in een tuin iets buiten de stad. Dat er die nacht fel gevochten werd in de oude Davidsstad kunnen we uit andere teksten opmaken, met name die van Lucas. Pas tegen de ochtend vinden we Jezus en zijn aanhangers iets buiten de stad op de steile helling van de Olijfberg. Volkomen uitgeput en in een shocktoestand, aldus de tekst van Marcus.
Marcus noemt Judas ook consequent Joudas. Dat komt in het Grieks heel dicht bij ‘jood’. En dat is ook wat deze te Rome schrijvende man beoogt: niet de Romeinen maar de joden dragen de schuld aan de dood van Jezus.”
Judas in het bijzonder, want hij heeft Jezus verraden.
„De rol van Judas wekt bevreemding. Sleutelwoord in de tekst is het woord dat traditioneel vertaald wordt met ‘verraden’ maar dat betekent ‘overhandigen’. Wat er overhandigd werd, was Jeruzalem.
Even merkwaardig is de naam Judas Iskariot. Is dat misschien een dorpje ergens in Judea? Of gaat achter die moedwillige, verbastering het woord Sicariër schuil? Was deze aanhanger van Jezus een Sicariër, een leider van een gewapende bende die met geweld de heerschappij van de Romeinen bestreed? En wat was hij in de ogen van Jezus, die hem koos als ‘eerste van de twaalf en die door hem omhelsd werd en gekust toen hij met een aantal zwaarbewapenden naar Jezus’schuilplaats kwam?”
En deze Judas verhing zich?
„Op een plek die bloedakker genoemd werd. Bloedakker? Toch niet omdat een man zich daar verhangen had? Nee, omdat er echt een bloedbad plaats had gevonden. Nadat Jezus gepakt was, heeft Judas met zijn groep trachten te ontkomen en is daar door de Romeinen in de pan gehakt.”
Maar de Joodse Hoge Raad veroordeelt Jezus toch tot de dood?
„De Hoge Raad, het Sanhedrin, kwam niet bij nacht en ontij bijeen. Dat mocht van de Romeinen niet en ze konden niet zomaar een doodvonnis vellen. Ook vroeg een strikte monotheïst als de joodse hogepriester niet aan Jezus of hij de zoon van God meende te zijn, de tweede gestalte van de Drievuldigheid. Zo werd die vraag pas eeuwen later opgevat. De hogepriester vroeg aan Jezus, afstammeling van het koninklijk geslacht van David, of hij zich had laten zalven tot koning van de Joden. En hij is ontsteld als Jezus ‘ja’ zegt. Er staat dan een zinnetje in het Grieks even dubbelzinnig als in onze taal: „Toen scheurde de hogepriester zijn gewaad”. Wij, latere lezers, denken dat het om die valse priester in pronkgewaden gaat, met veel misbaar roept hij iets uit en scheurt daarbij zijn hogepriesterlijk gewaad. Maar de hogepriesters droegen ’s nachts en buiten de tempel hun liturgische gewaden niet. Terwijl Jezus, gezalfd als koning van Judea, in zijn purperen vijfvoudige gewaad stond. Het gewaad dat later als buit verdobbeld zal worden. De hogepriester roept uit dat Jezus des doods schuldig is en scheurt diens koninklijke gewaad”.
En dat vonnis werd onmiddellijk uitgevoerd.
„Maar niet door de joden. Dat mochten ze niet. Dat recht was des keizers, ’s Ochtends vroeg, zegt de tekst, brengen ze Jezus al voor de prefect Pilatus. Dat zegt iets over het grote belang van de zaak. Paulus moest twee jaar wachten op zijn vonnis.”
Pilatus moest de doodstraf bekrachtigen?
„Jezus indentificeren was genoeg! Jezus bevestigde de vraag: ‘Ben jij het, die het aangedurfd heeft zich te laten zalven tot koning van de joden?’
Daarmee was het vonnis geveld: in Judea en Jeruzalem was er maar één de baas, de Romeinse keizer. Wie zich tot koning van de joden laat zalven, verdient de straf van een weggelopen slaaf: aan het hout geslagen te worden.”
Waarom geeft hij dan het volk de kans om Jezus vrij te stemmen?
„Het lijkt of Pilatus twee figuren voor het volk stelt: Jezus en Barabbas en dan het volk tussen hen laat kiezen: voor wie het hardst geschreeuwd wordt volgt vrijspraak. Onvoorstelbaar dat een Romeins prefect dat toe zou laten. Bar-abbas betekent ‘zoon van de vader’. Er is sprake van ene Jezus, die zoon van de vader, en de andere Jezus, die koning der joden genoemd werd. Pilatus maakte meteen na het doodvonnis duidelijk dat hij niet Jezus veroordeelde ‘omdat jullie geloven dat hij zoon van jullie god is’, maar omdat hij als koning van de joden ongehoorzaam is aan de keizer. Het vonnis was vanwege majesteitsschennis en had geen religieuze bijbedoelingen.’
Daarna volgt de kruisiging
„Wreed en vernederend, de benen van een tot de kruisdood veroordeelde werden wijd gespannen en hij werd meestal met de rug naar de toeschouwers vastgespijkerd. Terwijl de galg of het zwaard snel hun werk deden, was het wrede van de kruisiging de soms dagen en nachten lange marteling. Opmerkelijk is het dat Jezus na zes uur al is gestorven. Dat heeft te maken met een door senaat en volk van Rome gegeven decreet, dat de joden het voorrecht gaf op de dag voor de sabbat vanaf het negende uur gevrijwaard te zijn van rechtsvervolging. Dus liet Pilatus voor dat negende uur de veroordeelden afmaken.”
En toen kwam Jozef van Arimatheia om het lijk te begraven?’
Alweer onwaarschijnlijk. Van het plaatsje Arimatheia heeft nooit iemand gehoord. De oplossing van het probleem ligt voor de hand. Marcus wil Jezus schetsen als ‘zoon van god’ en moffelt dus de aardse vader, Jozef, weg. Helemaal lukt dat niet. Zo ook bij de graflegging. Er staat: En toen kwam Jozef, namens de volgelingen, de prefect om het lijk van Jezus verzoeken. In het Grieks is het een kwestie van het herschikken van de woorden, die destijds aan elkaar geschreven werden. Op die manier kun je tot heel andere conclusies komen”.
Jezus wordt door zijn vader begraven?
‘Jezus werd niet begraven. In de eerste plaats niet omdat het al na zonsondergang was net voor de grote sabbat. De rust was al ingetreden en mocht door een
begrafenis niet doorbroken worden. En de andere reden is dat Marcus niet van een graf spreekt, maar van een herinneringsplaats. Voor de antieken was het graf niet alleen een plaats voor de doden, vóór het graf was een plek waar de levenden bijeenkwamen om de dode te herdenken, een soort voorhal.
Daar heeft Jozef het lijk van zijn zoon, de gezalfde, neergelegd. Er was geen tijd meer om het te reinigen, balsemen en begraven. Maar geen dode zal, zeker niet in de heilige stad, ’s nachts boven aarde blijven.
Blijft het feit dat het lijk verdwenen was toen na het feest de vrouwen kwamen om het te balsemen. Het evangelie van Marcus eindigt met het sprakeloos en vol huiver zwijgen van de vrouwen.”
t.t.v dit interview: Brabants Dagblad, *12-04-2003:
Dr. Charles Vergeer doceert Wijsbegeerte aan de Fontys Hogescholen. Hij publiceerde verschillende boeken over filosofie en twee over het leven van Jezus: Een nameloze, Jezus de Nazarener, Het Panterjong,
.
Palmpasen/Pasen: alle artikelen
Jaarfeesten: alle artikelen
VRIJESCHOOL in beeld: palmpasen
.
550-504
.